Mijn oog viel op een nieuw onderzoek uit Australië. Wetenschappers onderzochten het effect van een laag-FODMAP dieet bij moeders die borstvoeding geven. In de volksmond wordt wel eens gezegd dat je tijdens de borstvoeding beter geen kolen, uien en andere ‘gasvormende’ producten eet. En laat dat nu net voedingsmiddelen zijn die hoog zijn in FODMAPs. Wat kwam er uit dat onderzoek? En wat wil dit zeggen voor moeders die borstvoeding geven?
FODWie?
Eerst even kort iets over die FODMAPs. FODMAP is een afkorting voor Fermenteerbare Oligosachariden, Disachariden, Monosachariden en (And) Polyolen. Een hele mond vol. Het zijn koolhydraten die moeilijk of niet worden opgenomen in de dunne darm. Bij de meeste mensen is dit geen probleem, maar mensen met Prikkelbare Darm Syndroom kunnen klachten krijgen wanneer ze te veel FODMAPs eten.
Oligosachariden komen voor in tarwe, ui, knoflook, broccoli, peulvruchten, prei, kolen, …
Disachariden verwijst naar lactose, ook wel melksuiker genoemd.
Monosachariden gaat over fructose, het suiker dat van nature in fruit en honing voorkomt.
Polyolen komen voor in suikervrije kauwgom en snoepjes, appelen, peren, nectarines, …
Je ziet dat deze FODMAPs eigenlijk voorkomen in heel gezonde voeding. Daarom wordt een laag-FODMAP dieet niet standaard geadviseerd, en enkel onder begeleiding van een diëtist.
Baby’s met een moeder op laag-FODMAP dieet huilen minder
In Australië hebben 13 borstvoedende moeders met een huilbaby jonger dan 2 maanden een specifiek dieet gevolgd. Een huilbaby is een baby die minstens drie uur per dag huilt, gedurende minstens drie dagen per week en dit tenminste drie weken lang. De helft van deze moeders volgde eerst een laag-FODMAP dieet en at daarna een standaard Australische voeding (het controle dieet). De andere helft at eerst het controle dieet en ging daarna op laag-FODMAP dieet. Wat ik heel interessant vind aan deze studie, is dat de moeders zelf niet wisten welk dieet ze volgden. Ze kregen hun maaltijden thuis geleverd en door nauwgezette samenstelling van texturen, smaken, sauzen enzovoort konden ze niet weten wat er in hun maaltijd zat.
Wat bleek? De baby’s van een moeder die een laag-FODMAP dieet volgde, huilden significant minder dan de baby’s van een moeder die het controle dieet volgden. Een significant verschil wil niet altijd zeggen dat het in de praktijk een relevant verschil is (zie ook: Baby’s die eerder vaste voeding krijgen slapen beter). Daarom maak ik het even concreet: Bij een laag-FODMAP dieet huilden en zeurden de baby’s 2,5u per dag. Bij het controle dieet huilden en zeurden ze 3u per dag, een half uur verschil dus. Ik zou daar voor tekenen 😉 Maar wat mij het meest opviel was dat de baby’s vóór het experiment gemiddeld 4,5u per dag huilden en zeurden. Het verschil tussen voor en tijdens het experiment is nog veel groter dan het verschil tussen de diëten.
De kritische bril op
Jammer genoeg gaan de onderzoekers daar niet heel diep op in hun artikel. Waarom is er zo’n groot verschil in de huilen/zeuren vóór en tijdens het experiment? Zou het komen omdat de baby’s gewoon wat groter zijn geworden en ze er ‘van zelf’ wat uit groeien? Zou het komen omdat de ouders zich gesteund voelden door mee te doen aan het experiment, geeft dit rust? Of valt er gewoon al een hoop stress weg omdat ze iedere dag hun eten aan huis geleverd krijgen? Of zou er nog iets anders veranderd zijn in de diëten van het experiment ten opzichte van wat ze vóór het experiment aten?
In de tabellen zag ik meteen dat de moeders vóór het experiment een standaard hoeveelheid lactose in hun voeding hadden, maar dat zowel het laag-FODMAP als het controle dieet lactosearm waren. Misschien kan koemelk verklaren waarom de baby’s het tijdens het experiment zoveel beter deden dan ervoor? Maar daar hebben de onderzoekers rekening mee gehouden. Ze wilden zeker zijn dat effecten niet te wijten zijn aan allergenen. Daarom bevatten zowel het FODMAP- als het controledieet gluten, koemelk, vis, noten, soja en ei. In welke vorm die aanwezig waren, weten we niet.
FODMAPs in moedermelk?
Ik zeg vaak dat je het gas van voeding in je darmen niet door kan geven aan je baby. Als je zelf winderig wordt in je darmen, gaan die gasbellen niet naar je bloed gaan en zo naar je moedermelk. Dat zou niet zo gezond zijn 😉
Een gemiddelde Westerse persoon verteert lactose tot zijn bouwstenen, dat is geen probleem. Iemand die lactose-intolerant is, kan de lactose niet verteren en krijgt daardoor last van zijn darmen. Die lactose veroorzaakt dus ter plaatse problemen, en wordt niet intact opgenomen in de bloedbaan. Moedermelk zit bovendien van nature boordevol lactose, die in de borsten wordt aangemaakt vanuit de bouwstenen. In dit onderzoek hebben ze gekeken of een laag-FODMAP dieet een invloed heeft op het lactosegehalte in moedermelk, en dat was niet zo, zoals te verwachten was.
Fructose geeft enkel buikklachten wanneer het niet kan opgenomen worden in de darmen, net zoals bij lactose. Alle andere FODMAPs worden ook bij gezonde personen niet opgenomen naar de bloedbaan. Het zijn vezels die in de darmen blijven en een rol spelen bij een gezonde darmflora. Het is dus niet verwonderlijk dat er in moedermelk geen FODMAPs werden terug gevonden (op lactose na).
Wat het mechanisme is achter het effect van het laag-FODMAP dieet is voor de onderzoekers dus ook niet duidelijk.
Wat kunnen we hier uit besluiten?
Alle borstvoedende moeders op een laag FODMAP dieet dan maar? Neen, zeker niet. Er zijn een aantal belangrijke kanttekeningen:
- Het onderzoek is maar met 13 moeders uitgevoerd, dat is echt heel weinig om grote conclusies uit te trekken.
- We begrijpen het achterliggende mechanisme niet waarom de baby’s minder huilden bij een laag-FODMAP dieet.
- Is het verschil tussen het controle en laag-FODMAP dieet wel zo groot, als je ziet dat het verschil vóór en tijdens het experiment nog drie maal groter is?
- Een laag-FODMAP dieet is geen lachertje en wordt voor niemand aan geraden om langer dan één tot twee maanden strikt te volgen omdat je heel wat gezonde voeding uit je dieet weg haalt. Het wordt sowieso niet aangeraden om op eigen houtje mee te experimenteren. Dit geldt voor alle volwassenen, en is voor borstvoedende moeders zeker zo belangrijk.
- Is het wel nodig om alle FODMAPs weg te laten uit de voeding om een effect te zien bij een baby? Of zijn er specifieke stoffen die de klachten geven? Het kan best zijn dat het laag FODMAP dieet veel strenger is dan nodig.
Ik vind het een heel goed opgezet onderzoek met heel interessante resultaten. Maar het is duidelijk dat er nog veel meer onderzoek nodig is om verdere conclusies te kunnen trekken. Ik onthoud er vooral uit dat we met een open blik moeten blijven kijken naar mogelijke boosdoeners in de voeding bij baby’s en moeten blijven luisteren naar ouders. Ik wil nog eens benadrukken dat je best niet op eigen houtje gaat experimenteren met strenge diëten. Niet om mijn eigen agenda te vullen 😉 maar in het belang van jezelf en je baby.